Enige tijd geleden kwam in onze praktijk kat Mickey op het spreekuur. De ongeruste eigenaar vertelde dat Mickey het erg benauwd had. Een paar keer per dag maakte Mickey een hoog piepgeluid, een soort nies of hoest. Het leek vooral voor te komen als ze bovenop het plankje van de krabpaal lag. Verder at en dronk Mickey goed en was hij niet ziek.
Een paar keer per dag maakte Mickey een hoog piepgeluid, een soort nies of hoest.
Het klinisch onderzoek leverde heel weinig op. Mickey had een mooie glanzende vacht, zat rustig ademend op tafel en begon zacht te spinnen als hij werd geaaid. Er bleek eigenlijk niets van benauwdheid. Hart en longen werden uitgebreid beluisterd en ook daar werden geen afwijkingen geconstateerd. De lichaamstemperatuur was 38.5°C, dus heel mooi voor een kat. Zijn neus was schoon. Toen we voor beide neusgaten een wattenpluisje hielden, zagen we dat er een mooie passage van lucht was door beide neusgaten.
De bek- en keelinspectie was, zoals vaak bij katten, iets lastiger. Mickey was niet echt gediend van dergelijke intimiteiten. Maar voor zover zichtbaar, zonder sedatie, was er geen abnormaal beeld van het bekje of de keel. Er werd geen vreemd voorwerp, zoals wij soms zien, in de vorm van een grasspriet of visgraat aangetroffen. Mogelijk waren wel de keelamandelen wat rood.
We besloten een pijnstiller/ontstekingsremmer in de vorm van Metacamdruppels voor te schrijven, omdat mogelijk de keelamandelen de oorzaak waren van de hoest/niesbui. We spraken af dat mevrouw ons een week later zou bellen.
Mevrouw belde echter al na enkele dagen: er moest echt iets gebeuren. De piep was zo hard dat er wel iets vreselijks mis moest zijn!
Nadat wij Mickey nogmaals hadden onderzocht en weer niets konden vinden, besloten we dat er onder sedatie in de neus en keel gekeken moest worden. Maar ook met dit onderzoek konden wij niets vinden. Het leek ons daarom het beste om verder onderzoek bij de specialisten van de Universiteit van Utrecht te laten plaatsvinden. Mocht er toch iets in de neus of keel zitten, in de vorm van een vreemd voorwerp, tumor of poliep, dan zouden zij het zeker vinden en kunnen verwijderen.
Mickey kon al na enkele dagen terecht op de afdeling KNO. Op de dag van de afspraak werd Mickey weer grondig onderzocht. Eerst door de co-assistenten en later door de KNO-specialist. Ook zij konden geen oorzaak vinden bij het klinisch onderzoek.
Er werd bloed afgenomen om te bepalen of er een narcose en eventueel operatie kon worden uitgevoerd. Mickey zou een nachtje in de kliniek blijven en de volgende dag zou er verder onderzocht worden met een scoop.
De volgende ochtend belde mevrouw de kliniek, deels opgetogen en deels schuldbewust...
Zo ver is het echter niet gekomen! De volgende ochtend belde mevrouw de kliniek, deels opgetogen en deels schuldbewust...
Tijdens de nacht dat Mickey afwezig was, had mevrouw nog steeds een harde piep bemerkt in huis. De piep bleek veroorzaakt te worden door een ROOKMELDER (met een bijna lege batterij), die vlak boven Mickey's vaste slaapplaats bovenop de krabpaal aan het plafond was bevestigd.
Verder onderzoek werd afgeblazen. Eind goed, al goed.
Deze blog werd geschreven door Bob Breuk.